Inleiding
Dit is de eerste begroting van het nieuwe college van Burgemeester en wethouders. We hebben in het bestuursakkoord 2018-2022 over het te voeren financieel beleid opgenomen:
We zorgen voor een structureel sluitende jaar- en meerjarenbegroting, waarbij structurele uitgaven worden gedekt met structurele middelen. Alleen bij onverwacht externe financiële tegenvallers, die niet op korte termijn structureel gedekt kunnen worden, kan de begroting bij uitzondering met incidentele middelen sluitend worden gemaakt.
De uitgaven passen we aan de inkomsten van het Rijk aan (trap op, trap af). Als dit leidt tot ongewenste maatschappelijke effecten, stellen we dit bij en vinden we de middelen elders binnen de gemeentelijke begroting. Voor het benodigde specifieke weerstandsvermogen handhaven we de minimale norm van 1.
We bieden een structureel sluitende begroting en meerjarenbegroting aan. Hierin is ruimte voor nieuw beleid aanwezig. Voor de invulling hiervan doen we voorstellen. Hiervoor moet wel een beroep worden gedaan op onze generieke weerstandsreserve. Toch blijven er voldoende weerstandsbudgetten over om tegenvallers te kunnen opvangen. De ratio van het specifieke weerstandsvermogen bedraagt 1.